RENFORCE Blog

Author Archive: Simon Welling

Disrupting Technologies – A UGlobe Dialogue on Bulk Interception of Communications

 width=

Photo credits: iStock/Global_PhonlamaiPhoto

The UGlobe Dialogue Series “Disrupting Technologies?” hosted its first event on 15 March 2018, in the week before the Referendum on a new Dutch Law on the Intelligence and Security  Services (the Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, Wiv). This new law would extend the possibilities of secret services to monitor online behavior. Technology has changed since the usage of fixed telephony and dialup internet-access in the 1990s to the widespread use of smartphones, 4G and Wi-Fi-hotspots in 2018.  So changes in the law regulating the intelligence services are necessary, and in view of the upcoming referendum it is necessary to engage in a debate on the new competences regarding these new technologies and the framework of supervision of these intelligence and security services.

Read more

Read more

‘EU Agencies’ label: to what extent should we treat them all as ‘one’?

Twenty years ago, Alexander Kreher wrote one of the first articles on EU agencies arguing for the growing importance of this ‘institutional phenomenon’, which was almost completely ignored within the academic literature of that time. Judging from the countless number of academic articles and the tremendous growth of the cumulative budget (via-s-via the Commission, see Figure 1), it seems that the importance of EU agencies has only grown. The emevelopment in researching and governing EU Agencies has gone from gathering the somewhat scattered creations of agencies in different policy areas, under different treaty provisions, with different powers and for different purposes, etc. to bringing them under one ‘EU agencies’ umbrella as part of the EU executive machinery distinct from the EU Commission. Indeed, EU agencies have been treated as an ensemble for the budgetary purposes, also at the European Parliament, where the practice of three agencies’ directors would defend budgetary proposals on behalf of all ‘EU agencies’. We have seen the creation of the ‘Common Approach’ and later a roadmap with a view of streamlining the creation and revision of the founding acts of EU agencies. Furthermore, EU agencies’ directors have organized themselves in a network of agencies’ directors to discuss common challenges. To what extent, however, should we treat them as one?

Read more

Read more

De Aanbestedingswet 2012 als instrument voor het uitvoeren van maatschappelijke beleid

 width=Op 23 juni 2017 vond de bijeenkomst ‘beter aanbesteden in 2022’ plaats, ter viering van het eerste lustrum van het executive onderwijs op het gebied van aanbesteden en inkoop aan de Universiteit Utrecht. Tijdens deze bijeenkomst kregen PPRC-onderzoekers mr. Willem Janssen, ir. Niels Uenk en ik de ruimte om te pitchen voor beter aanbesteden. De stelling die ik mocht verdedigen: Om effectief maatschappelijk beleid te voeren is kennis van de Aanbestedingswet 2012 noodzakelijk, leverde in de aansluitende digitale stemronde 74% ‘Eens’ stemmen op. Daarna volgde een mooie discussie. Deze blog is een bewerking van de pitch. Eerder verscheen op het Renforce-Blog al een blog over de pitch van Willem Janssen.

Read more

Read more

“Vrees EU-bemoeienis niet, uw pensioen wordt er beter van”

Hans van Meerten, hoogleraar EU pensioenrecht bij de Universiteit Utrecht, schreef voor NRC een column over pensioenen. 

We horen vaak – ook van onze Tweede Kamer – dat ‘pensioenen nationaal zijn’. Bemoeienis van ‘Brussel’ is een schrikbeeld. Dat komt vooral omdat we ons eigen Nederlandse pensioensysteem het beste van de wereld vinden. Toch mogen we blij zijn dat de EU onze pensioenen niet links laat liggen. Invloed van de EU betekent meer transparantie en dat geeft burgers nieuwe mogelijkheden om onduidelijke contracten aan te vechten voor de nationale rechter.

Klik hier om verder te lezen.

Read more

Better mutual recognition for better results on asset recovery: A new Commission’s proposal

 width=Just before Christmas, with the objective of further enabling Member States to deprive criminals of their illicit gain, the EU Commission proposed the adoption of an(other) instrument in the field of freezing and confiscation of assets deriving from criminal offences.

Due also to obligations under international and EU law, asset recovery laws and strategies – in particular against organised crime – have been increasingly adopted by contemporary criminal justice systems. Attacking criminal wealth has, indeed, a strong preventive and strategic dimension: focusing on the property of criminal organisations, for example, helps law enforcement authorities reach through their top, and it gives more tools to neutralise and dismantle them. The idea that asset recovery is essential to tackle these organisations has been lately coupled with the conviction that it is helpful against terrorism, too. The Commission proposal was indeed announced at the beginning of 2016 with the ‘Action Plan for strengthening the fight against terrorist financing’.

Read more

Read more

EU citizenship: a slipping anchor to hold on to rights? Brexit and the consequences for EU citizens with British nationality

 width=This summer many European citizens woke up in shock. Whilst reading the newspaper, listening to the radio, scrolling on Facebook, having breakfast, we learnt that a small majority of the voters in the Brexit referendum voted to leave the European Union. Not only does the (potential) Brexit have consequences for the internal market and the economic and social rights of EU citizens, but it also threatens their status as such. This is shocking for EU citizens with the nationality of another Member State residing in the United Kingdom, because their status will be redefined. For instance, in the future they will no longer be able to rely on equal treatment based on EU citizenship in the United Kingdom. Possibly even more shocked were British nationals, who might now actually lose their status as EU citizens, either living in the United Kingdom or elsewhere in the European Union. This will significantly impact their possibilities to work, study, and take up residence in another EU Member State.

Read more

Read more

How Failing Aggregates Brought About a Landmark Decision of the CJEU

by Kilian Klinger & Linda Senden

 width=

by tablexxnx

The Court’s recent ruling in the Elliott case can be seen as a landmark decision as it was the first time the Court had to decide upon the normative value of European harmonised technical standards (HTSs). This took its starting point in the mere question brought before the Court, whether or not such acts, adopted by private European standardisation bodies (ESBs), are subject to the Court’s jurisdiction to give a preliminary ruling on their interpretation pursuant to Art. 267 TFEU. Before substantiating on the central argumentative underpinnings of the Court’s judgment, let us first briefly summarize the facts of the case.

Read more

Read more

Ripples from across the pond: Extraterritorial Effects of the Microsoft Ireland Case

water-1117700_1280-2

One of the big internet cases of this year, the Microsoft Ireland case, has come to an end about a month ago as the 2nd Circuit Court has handed down its ruling in favour of Microsoft. The case made quite a splash and has been covered  before at the RENFORCE blog. With the verdict in, the time is ripe to revisit it and look at it again, this time from a different angle.

Read more

Read more

De drie dimensies van affectieschade

In de literatuur op hetAffectieschade gebied van het Nederlandse (privaatrechtelijke) personenschaderecht wordt er al jaren voor gepleit om vergoeding van affectieschade mogelijk te maken. Onder affectieschade wordt daar verstaan het immateriële nadeel (leed) dat een persoon lijdt doordat een persoon met wie hij een affectieve relatie onderhoudt ernstig letsel overkomt of overlijdt. Als dat nadeel het gevolg is van een onrechtmatige gedraging door een ander zou, stellen verschillende rechtswetenschappers, het privaatrecht moeten voorzien in een recht op vergoeding van dat nadeel. Een onderzoek door Akkermans e.a. heeft bovendien uitgewezen dat er onder naasten en nabestaanden een duidelijke behoefte aan vergoeding van affectieschade bestaat. In 2010 is een voorstel daartoe echter tot groot ongenoegen van verschillende academici, onder wie Lindenbergh en Rijnhout, in de Eerste Kamer gestrand. Met die afwijzing door de Eerste Kamer was (voor even) de hoop vervlogen dat vergoeding van affectieschade binnen afzienbare tijd mogelijk zou worden. Tot kort na de verwerping van het voorstel Wijnakker wees op verschillende uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, waaronder Bubbins t. Verenigd Koninkrijk, op grond waarvan de mogelijkheid tot vergoeding van affectieschade in elk geval zou moeten bestaan voor de situatie waarin de overheid als schadeveroorzaker in een zaak betrokken zou zijn. En die conclusie roept de vraag op of dan niet ook in de horizontale verhouding een recht op vergoeding van affectieschade zou moeten worden erkend. Een verschil in vergoedingsrechten naar type schadeveroorzaker zou aan de benadeelde moeilijk uit te leggen zijn. In een Ucall blog bepleitte ik dat de door het EHRM aangenomen verplichting, met behulp van een eerder door de Nederlandse rechter aangewende techniek, goed breder kan werken in de nationale rechtsorde. Wat hier van zij: pogingen om via de band van het EVRM vergoeding van affectieschade te verkrijgen, zijn tot op heden niet succesvol gebleken. Een nieuwe, derde weg, namelijk via het strafrecht is recent ingeslagen, na verloop van de implementatietermijn van richtlijn 2012/29/EU – de Richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (hierna: Richtlijn minimumnormen slachtoffers). Benadeelde partijen die zich ex artikel 51f Sv in het strafproces hebben gevoegd, hebben voor de stafrechter vergoeding van affectieschade gevorderd. De discussie over de vergoeding van affectieschade kent zo inmiddels drie dimensies: een privaatrechtelijke, een Europese (gebaseerd op het EVRM), en nu dus ook een gecombineerd Unie- en strafrechtelijke. Die laatste dimensie staat hierna centraal.

Read more

Read more

Gender bias in de academische wereld: vier Spinoza prijzen

Anna Maria Schuurman (eerste vrouwelijke student UU)

Anna Maria Schuurman (eerste vrouwelijke student UU)

In december 2015 organiseerde Linda Senden met Mirella Visser van het Centrum voor Inclusive Leadership een seminar over de gelijke behandeling van man en vrouw als een van de kernwaarden van de Europese Unie (artikel 2 en 3 lid 3 van het Verdrag van de Europese Unie), het beginsel van gelijkheid van mannen en vrouwen (artikel 23 van het Handvest), en  de vrijheid van beroep en het recht om te werken (artikel 15 Handvest).  Om dit te realiseren streeft de EU er op grond van artikel 8 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie  er bij elk optreden naar de ongelijkheden tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.  In de praktijk is het echter ook op Europees niveau nog zoeken naar mogelijkheden om regelgeving zo in te richten dat gender diversiteit wordt gestimuleerd.  Een voorstel daartoe voor een richtlijn “inzake de verbetering van de man-vrouwverhouding bij niet-uitvoerende bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen 2012”  is een voorbeeld van de voetangels en klemmen die daarbij een rol spelen.  Tijdens het seminar werd vooral gekeken naar hoe naast de overheid ook de industrie een belangrijke rol en verantwoordelijkheid hierin heeft. Een van de conclusies van de organisatoren van het seminar was, dat het eigenlijk onvermijdelijk is om harde quota in te voeren, ook al betekent dit een vergaande ingreep in de vrijheid van ondernemerschap (artikel 16 Handvest).

Read more

Read more